Arbeidsrecht
20 april 2016

Wearables en werkgevers

Leonie Ouwersloot-Koster
Wearables en werkgevers | JPR Advocaten

In het kader van vitaliteitprogramma’s bieden veel werkgevers gadgets waaronder wearables aan. Onder wearables wordt verstaan ‘slimme’ armbanden, stappentellers, hartslagmeters en ‘slimme’ horloges. Werkgevers proberen door het verstrekken van deze wearables werknemers bewuster te laten nadenken over vitaliteit en gezondheid. Een aantal werkgevers gaat zelfs zover om ook de gegevens van de wearables die de werknemers dragen te verzamelen om zo meer inzichten te krijgen in de relatie vitaliteit en productiviteit. De vraag die zich echter voordoet is of de werkgever deze gegevens wel zonder meer mag inzien.

Verwerken gezondheidsgegevens

Werkgevers hebben er belang bij dat werknemers een gezonde levensstijl aanhouden. Werknemers die er een gezonde levensstijl op na houden, verminderen het risico dat zij uitvallen wegens ziekte. Werknemers die zich met een gezonde levensstijl bezig houden, kunnen vandaag de dag ondersteuning krijgen van een slim apparaat, die ze inzicht geeft in hun gedrag. Tot zover levert dit natuurlijk geen problemen op. De discussies ontstaan zodra de werkgever ook graag inzicht wil in het gedrag van de werknemers en de verzamelde gegevens dus wil gaan inzien.

De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) heeft zich recent over de vraag gebogen of werkgevers via wearables – al dan niet met toestemming van de werknemer - inzicht mogen hebben in het bewegingspatroon van werknemers. Het feit dat de werkgever inzicht kan hebben in alle gegevens, kan een ongeoorloofde impact hebben op de persoonlijke levenssfeer van werknemers: ook als werknemers hiervoor toestemming hebben gegeven. Zo kan er inzicht worden verkregen in de medische conditie van de betrokken werknemer, hetgeen erg nadelig kan zijn voor de werknemer gelet op de financiële afhankelijkheid ten opzichte van de werkgever.

Onderzoek Autoriteit Persoonsgegevens

Wat uit het onderzoek van de AP verder bleek is dat de werkgever de verzamelde gegevens zelfs niet mag inzien met expliciete toestemming van de werknemers. Uit het onderzoek blijkt dat een gegeven ‘vrijwillige toestemming’ van de werknemer niet vrijwillig te noemen is. Ook al lijkt het dat de werknemer de keus heeft tussen het al dan niet delen van persoonsgegevens: deze keuze kan altijd invloed hebben op de (vertrouwens)relatie tussen werkgever en werknemer. Aangenomen kan worden dat de werknemer als gevolg van de afhankelijke positie waar hij zich in bevindt, zich toch onbewust gedwongen voelt de toestemming aan de werkgever te verstrekken. Dit maakt dat ook met toestemming van de werknemer het inzien van persoonsgegevens via wearables door werkgevers niet is toegestaan.
Hierbij is verder opgemerkt dat het ook niet is toegestaan om als werkgever de gegevens anoniem te verzamelen.

Conclusie

Werkgevers moeten er scherp op letten dat zij geen inzage hebben in de persoonsgegevens van hun medewerkers. Ook met toestemming van de werknemer zelf is het nog steeds niet toegestaan om gegevens betreffende de gezondheid van een werknemer in te zien. Dit is gelet op de zwakkere positie van de werknemer ten opzicht van de werkgevers namelijk in strijd met de Wet Bescherming Persoonsgegevens.

 

Gerelateerde berichten

Meld je aan voor onze nieuwsbrief

Ontvang als eerste alle relevante juridische ontwikkelingen.